Door: Dirah Rashnoe
Hoe ons (onder) bewustzijn onze realiteit creëert
Stel je bent wit en je bevind je in een ruimte waarin alles wit is. In dat geval kun je jezelf niet zien en je kunt je omgeving niet waarnemen. Alleen als iets ineens een kleur krijgt kun je waarnemen. Door het zwart wordt het kennen van het wit mogelijk.
God was eenheid (alles was wit), maar wilde zichzelf leren kennen door zichzelf te ervaren (het wit kan zichzelf kennen vanwege het zwart) . God had wijsheid, maar geen ervaring van zichzelf.
In tegenstelling tot wat sommige religies beweren is het leven geen school. Er valt niets te leren. We zijn enkel hier om te ervaren. En wanneer we ervaren hebben en we onze ware aard herinneren kunnen we naar huis gaan.
Er is geen verschil tussen God en jij. Je bent een deeltje van God. Dat herinneren is het doel van het leven.
In het leven bestaat geen toeval. Er worden geen fouten gemaakt. Iedere, maar dan ook iedere gebeurtenis heeft tot doel om onszelf te ervaren en heeft zin. Uiteindelijk brengt alles je op de plaats waar je wezen moet. Alles, dus inclusief ongelukken, ziekten, rampen.
Uit ‘Vriendschap met God’ – Gesprekken met God 4-9, hoofdstuk 8:
“De bedoeling van het leven is Jouw Zelf opnieuw te creëren in de volgende verhevenste versie van de verhevenste visie die je ooit hebt gehad over wie jij bent. Je moet jouw ware Zelf verkondigen en worden, uitdrukken en vervullen, ervaren en kennen. Dit vergt niets van de andere mensen in jouw leven of van iemand in het bijzonder. Daarom kun jij van anderen houden zonder iets van hen te verlangen.”
Je bent je eigen schepper. Alles om je heen is jouw creatie. Het leven dient ervoor om dat te doorgronden en te ervaren. Er is geen toeval en er worden geen fouten gemaakt. Alles dient ervoor om jezelf te herinneren. En je kunt niet zeggen dat iets je wordt aangedaan, want van alles dat je meemaakt ben jij de schepper. Jij schept je eigen realiteit.
Natuurlijk gebeurt dat niet bewust, het gebeurt onbewust. Een onderbewustzijn vol met angsten schept een wereld waarin die angsten gereflecteerd worden. We zeggen dat we de voor ons beste realiteit wensen, maar kijk eens naar je onderbewuste. Wat zitten daarin voor opvattingen en gedachten? Het onderbewustzijn is krachtiger dan het bewustzijn. Daarom is verstandelijk inzicht alleen niet genoeg. Alleen een verandering die je hele wezen omvat kan tot een verandering van je realiteit leiden.
Uit ‘Vriendschap met God’ – Gesprekken met God 4-9, hoofdstuk 15:
“Jullie koesteren de voorstelling dat jullie ‘in zonde’ zijn geboren en dat het in jullie aard is om slecht te zijn. Dit is de belangrijkste beslissing die jullie ooit over jezelf hebben genomen. Aangezien jullie je eigen werkelijkheid scheppen heeft jullie leven bewezen dat jullie gelijk hadden.”
Als je liefde wilt en je wordt geconfronteerd met een probleem dan is er slechts één vraag die gesteld kan worden “Wat zou liefde nu doen?”
Dat wil niet zeggen als je negatieve emoties voelt in een bepaalde situatie dat je die moet onderdrukken. Integendeel ga schreeuwen, sla op een kussen, of op een boksbal, speel een agressief computerspelletje, schrijf een lelijke brief (maar als je die af hebt gooi hem weg).
Als je uiteindelijk tot actie overgaat is er maar één ding relevant, namelijk “Wat zou liefde doen”. Als je van daaruit handelt dan schep je liefde en ontmoet je liefde.
WIJSHEID-ERVAREN-ZIJN
In het begin had God wijsheid, maar geen ervaring. De Vader of de Moeder symboliseert wijsheid. Het is het wit zonder het zwart. Maar de schepping wilde zichzelf ervaren: in de wereld van constrasten, in de wereld van wit en zwart. Dit wordt gesymboliseerd door de Zoon of Dochter. Nadat het afgescheiden deel van de schepping: de ziel zichzelf heeft ervaren kan deze terugkeren naar zijn werkelijke thuis. Dit wordt gesymboliseerd door de Heilige Geest.
Bij de Vader of Moeder hoort een besef van eenheid. Wij zijn allen EEN. Bij de Zoon of Dochter hoort de wereld van dualiteiten en de ervaring van conflicten. De Heilige Geest doet zijn intrede wanneer de ziel beseft dat zij niet afgescheiden is. Wanneer zij verantwoording kan nemen voor haar eigen scheppingen. Deze niet verwerpt, maar omhelst. En wanneer zij deze scheppingen niet wenst dan kan zij deze veranderen. Niet door vechten, maar door dankbaarheid te tonen voor een nieuwe realiteit, al voordat die geschapen is, want wat je innerlijk, vanuit het onderbewuste verwacht dat zul je ontmoeten.